Een blog van Sven Middelkoop

Dinsdag 19 juni begint als een [trage] zomerdag; met zon, koffie aan dek en hier en daar wat napraten over de eerste helft van de reis. Halverwege de expeditie liggen we voor anker bij de Farne Eilanden en mogen we duiken naar wrakken in een beschermd natuurgebied. Misschien ontmoeten we later vandaag wel zeehonden onder water, wilde zeehonden. Ik kan het nauwelijks geloven.

Gisteren gaf Han Lindeboom wat duiding aan de belevenissen tot nu toe: we leven in het Antropoceen, het tijdperk waarin de mens zijn invloed uitoefent op onze blauwe planeet. Energie- en voedselwinning trachten onze Noordzee te temmen, terwijl de wildernis onder water veelal onbegrepen door aanpassing tracht te overleven. Deze wildernis van de Noordzee kleineert ons tijdens onze reis wanneer enorme witsnuit dolfijnen ons snel varende expeditieschip met gemak omcirkelen en volwassen kreeften van krap een meter lengte ons dreigend aanstaren. We zijn hier op bezoek voor de bescherming van hun leefomgeving – take pictures and garbage, leave only bubbles.

Het is al 10:00 geweest als Wouter en Ben van boord springen en het ingeslepen ritueel aftrappen. Ik duik vandaag met Sebastiaan en we starten op de Somali, een gebombardeerd vrachtschip dat in het zicht van de haven met man, muis en vracht is vergaan en sinds 1941 een kunstmatig rif vormt. De heldere diepte toont ons het wrak van ruim 100 meter lengte als geordende structuur van staal, glas en cement. Het mozaïek van de lading blijkt een habitat voor veel vis, terwijl de honkvaste dodemansduim zich samen met de zee-appels de hoger gelegen wrakdelen heeft toegeëigend. Hier is de natuur haar territorium weer aan het veroveren; een mooi voorbeeld.

Het beschermen van de Noordzee vereist meer ambassadeurs dan de kleine groep mensen die in het kielzog van Jacques Cousteau de onderwaterwereld verkent en in beeld brengt. Het zijn hun beelden en verhalen die vele anderen in de waarde van een gezonde Noordzee moeten doen geloven, ook al is misschien nog niet helemaal duidelijk wat dat is en hoe we dat kunnen bereiken. Laten zien, laten geloven en dan laten beminnen.

17:30 Sebastiaan en ik springen voor de tweede keer van ons schip, gevolgd door onze gids Ben en ditmaal gadegeslagen door boot vol verbaasde toeristen die op zoek naar zeehonden worden getrakteerd op een aflevering Te Land, Ter zee en in de Lucht. Eenmaal onder water blijkt onze expeditieleider Ben een enthousiaste gids die met de snelheid van een zeehond op zoek gaat naar onze prooi die we maar al te graag in het vizier van onze camera’s willen krijgen. Terwijl de boei achter Sebastiaan aan wappert en ik met moeite bijzondere dieren en planten in me op tracht te nemen schieten achter Ben aan door onderwater-valleien die veel weghebben van een onderwater-snelweg.

Onder water natuurlijk geen spoor van de zeehonden – die liggen ons straks weer aan te staren wanneer we aan boord zijn – we worden hier duidelijk in de maling genomen. Maar deze keer geloof ik het, ze zijn geweldig, ook al heb ik ze niet gezien.