Ergens in alle communicatie moet ik een memo gemist hebben. 18 uur aankomst is niet hetzelfde als 18 uur vertrek. Zeker niet als je de hoeveelheid spullen ziet die een mens mee moet sjouwen om een weekje door te kunnen brengen op zee. Maar vele handen maken licht werk en dus veert mijn auto opgelucht op als de spullen eruit zijn, is de boot nog een beetje voller geworden en worden de trossen losgegooid terwijl ik nog maar nauwelijks aan boord sta. Op een zonovergoten, bijna windstille avond begint de motor te brommen en varen we de haven van Stellendam uit. Meer dan 3 jaar geleden is het dat ik de Noordzee opging. Een nieuw virus dat rondwaarde, een nieuwe baan die aanmerkelijk meer tijd en aandacht vraagt kortom het is er niet van gekomen maar daar komt nu verandering in: de zilte lucht, het schuim van de boeggolf, de krijsende meeuwen, het diepgroene water. Ik zie, ruik, hoor en voel het: de Noordzee wacht.

De ontvangst door het team levert veel bekende gezichten op. Oude bekenden waarmee we mooie avonturen beleefd hebben. Maar gelukkig ook veel nieuwe gezichten zijn het team komen versterken en zoals altijd schept het gemeenschappelijke doel meteen een band: duiken in het mooiste duikgebied ter wereld en dan ook nog eens een bijdrage leveren aan het mooier en schoner achterlaten ervan.

De nacht is kalm, de boot ligt voor anker met uitzicht op genoeg rode lampjes om een beetje pooier op de Wallen jaloers te maken. We worden omringt door honderden windmolens. Als je zo om je heen kijkt is het haast niet voor te stellen dat er nog ruimte is voor andere activiteiten. En dan te bedenken dat nu nog maar zo’n 20% van alle plannen zijn uitgevoerd. Aan de ene kant mooi want het zijn de facto beschermde gebieden, aan de andere kant kun je je afvragen wat zo’n ingrijpende verandering voor lange termijn gevolgen gaat hebben. Laten we zeggen dat menselijk ingrijpen in de natuurlijke omgeving maar zelden iets goeds heeft opgeleverd…

De volgende dag is het tijd om mijn haar weer eens een Noordzeespoeling te geven. Het wrak van de Alfonso Tercero is het doel en ik voel een beetje onrust. Natuurlijk heb ik met grote regelmaat doorgedoken maar Noordzeeduiken zijn duiken van de buitencategorie. Ik kijk nog een keer mijn uitrusting na, maar alles voelt vertrouwd, zit op de plek waar ik het verwacht. Ik stap naar de reling, wacht op het teken van de duikleider en dan is het een stap vooruit, een klein stukje vliegen en ik word omringt door het groene water van de Noordzee. Ik daal af langs de lijn en het gevoel dat ik zo gemist hebt, zakt langzaam weer over mij heen: een vreemde maar heerlijke combinatie van rust en opwinding. Een witte lijn verdwijnt de diepte in, om je heen is alles smaragdgroen en met elke vinslag ga je dieper in het vertrouwen dat aan het einde van de lijn een wrak ligt. Een hoop staal met een verhaal, van mist of tornado’s, van stormen en slechte stuurmanskunst, van overlevenden en doden… En elk wrak is een hotspot voor het onderwaterleven. Eén van de laatste harde substraten die we intact hebben gelaten op een anders volledig omgeploegde zeebodem. De natuur is flexibel, weerbaar en opportunistisch. Ondanks verspild vislood, een wirwar aan vislijnen en -netten hebben baksteenanemonen het wrak gekoloniseerd, grote spinkrabben waggelen onhandig maar indrukwekkend rond te zwaaien met hun imposante klauwen, steenbolken zwermen in dichte scholen over het wrak, een fluwelen zwemkrab komt voorbij gefladderd en een enkele gehoornde slijmvis met z’n koddige gewei zit verscholen onder een richeltje. En nu weet ik het weer: dit is de wereld waar ik van hou en ik ben er weer bij!

Willem Heijdeman