Het is donderdagochtend 23 juni. De zee is kalm en de zon schijnt. In de kombuis is onze jonge scheepskok Dirk geconcentreerd bezig met het marineren van drumsticks. In de koeling liggen tien hele kippetjes, meegenomen door Sven toen hij vorige week ontdekte dat er een gril aan boord is. Dirk belt naar de ervaren scheepskok Rinus om te vragen hoe hij deze moet garen en grillen. Het advies luidt: eerst koken in bouillon en daarna pas de gril in.

Er zijn op het schip drie hangplekken. In de kantine eten we. We evalueren er de duiken, leggen een kaartje en kijken af en toe een EK voetbalwedstrijd. Bovenop het schip staan vier skigondels. Leuk voor kleine groepen, maar wij gebruiken ze als opslagruimte. De derde hangplek is achter op het dek. Er staan tuinstoelen en er is een zeil gespannen. Het is eigenlijk een grote tent en we noemen deze plaats dan ook de camping. Wij duiken vandaag pas om 12:00, dus het is hier nu gezellig druk.

Vandaag staat het wrak van de MS Callisto op het programma. Het is een groot vrachtschip dat in februari 1959 is gezonken. Het was op weg van West-Afrika naar Rotterdam toen het schip in een dichte mist terecht kwam. Het lichtschip de Noordhinder naderde en de kapitein van de Callisto nam alle nodige voorzorgsmaatregelen. De machines stonden langzaam en de hoorn klonk. Plotseling verscheen er een ander schip, de Andros Stream, dat met een snelheid van 10 knopen de Callisto aan stuurboord ramde. De Callisto zonk vrij snel. De Andros Stream voer weg en bood geen hulp aan de drenkelingen. De 34 bemanningsleden werden gelukkig allemaal gered door Julia, een kustvaarder.

Ik duik met onderwaterfotograaf Joost en onze missie is het in beeld brengen van een school zeebaars. Schippers Frank en Eddy manoeuvreren de Tender met grote precisie naar de juiste plaats waar ze hem zo goed als stil leggen. We springen ruim voor de kentering het water in, want met stroming is de kans groter dat we de baarzen kunnen zien. Ik denk aan de bemanningsleden van de Callisto die hier in de winter in het ijskoude water lagen, vechtend voor hun leven. Maar, veel tijd heb ik er niet voor, want de sterkte stroming drift ons richting de grote boei waar de afhaallijn aan vast zit. Bas vaart met de zodiac naar ons toe en overhandigt behendig onze camera’s. Al driftend maken we ze goed vast aan onze jackets en grijpen meteen daarna de afhaallijn vast. We gaan op lijn liggen en ‘head first’ tijgeren we hand over hand naar beneden waar we ons installeren in de luwte van het wrak. We laten de lampen uit en ademen zo rustig mogelijk. Niet veel later zien we glinsteringen in het water. Honderden zilveren vissen scheren boven ons hoofd, een schitterend schouwspel. Dit is nog maar de derde keer dat ik dat in 20 jaar wrakduiken op de Noordzee meemaak. Zeebaarzen zijn geen vaste bewoners van het wrak. Ze migreerden van en naar paaiplaatsen. Een wrak heeft voor deze vissen de functie als pit stop. De zeebaarzen blijven tien minuten om ons heen zwemmen. Soms schieten ze het wrak in en zien we ze van boven. Het zicht is matig en de vissen zijn schuw, maar het lukt ons toch om ze op beeld vast te leggen zelfs met lampen aan en flitslichten aan. De tweede duik maken we om 18:00 op hetzelfde wrak. Opnieuw dalen Joost en ik langs de lijn naar beneden. Ik zie geen zeebaarzen meer. We besteden de duik aan plan B: spinkrabben en nettensnijders. Later vertelt Joost dat de school zeebaars ons is gevolgd tot op het wrak en zich daarna niet meer liet zien.

Wij zijn als eerste buddypaar weer boven en helpen de duikers aan boord. Ze hebben samen tien postzakken vol gesneden met netten en vislood, dus de stemming zit er goed in. Om 20:00 is het dek schoon en kleden we ons om. Ik loop naar de camping waar een heerlijk geur vandaan komt. Sven en scheepsmaat Jasper halen de kippetjes uit de gril. De salade is klaar en de frietjes zijn gebakken. Dirk snijdt met een blos op z’n wangen gelukzalig de kippen in stukken. Veel moeite hoeft hij niet te doen, want het vlees is zo mals als boter. Hongerig vallen we aan en genieten van deze lange zomeravond tot de zon onder gaat. Vandaag was het expeditieleven op z’n best!

Klaudie Bartelink